Veel vergroening, weinig direct effect

De vergroening van het Europese Gemeenschappelijke Landbouwbeleid heeft niet tot het beoogde succes geleid. Het inzaaien van vanggewassen is waarschijnlijk goed voor de bodem, maar er is geen sprake van directe effecten op de biodiversiteit.

Veel+vergroening%2C+weinig+direct+effect
© Dirk Hol

Dat concluderen Anne van Doorn en Rob Smidt van Wageningen Environmental Research (Alterra) die de feiten en cijfers van twee jaar vergroening op een rij hebben gezet. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van EZ.

In januari 2015 is het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) van de EU van start gegaan. Hierin werd onder andere de directe inkomensondersteuning aan boeren herzien, waarvan de vergroening een van de belangrijkste elementen is.

Deze vergroening houdt in dat boeren die directe inkomenssteun ontvangen, verplicht zijn om vergroeningsmaatregelen op hun bedrijf toe te passen. In totaal is er in 2015 voor iets meer dan 700 miljoen euro aan directe inkomensondersteuning betaald. Daarvan was 210 miljoen euro in het kader van vergroeningsmaatregelen.

Gewasdiversificatie is min of meer business as usual

Anne van Doorn van Wageningen University & Research

Reikwijdte groot

In Nederland hebben ruim 40.000 boeren ten minste één vergroeningsverplichting. Samen beheren ze 90 procent van de landbouwgrond. De reikwijdte van de vergroeningsmaatregelen van het GLB is in die zin groot.

'Ze zijn van toepassing op een groot areaal van de Nederlandse landbouwgronden. Maar om de landbouwpraktijk op deze bedrijven daadwerkelijk te vergroenen zijn ambitieuzere maatregelen nodig', aldus Van Doorn.

Meerdere soorten

Vorig jaar hebben 13.000 boeren zich gehouden aan de maatregelen voor gewasdiversificatie. Zij moeten meerdere soorten gewassen telen: minimaal twee soorten bij 10 tot 30 hectare akkerland en ten minste drie verschillende gewassen bij meer dan 30 hectare akkerland.

'Dat is min of meer business as usual', zegt Van Doorn. 'Boeren hoeven daar meestal geen extra inspanning voor te doen. Maar ze voldoen zo wel aan de vergroeningsverplichting. Waarschijnlijk heeft de maatregel dan ook weinig verandering teweeggebracht in de zin van meer diversiteit in gewassen.'

Aandachtsgebieden

In de door de overheid aangewezen 'ecologische aandachtsgebieden' kunnen boeren als vergroeningsmaatregel kiezen tussen het aanleggen van akkerranden, wilgenhakhout, het inzaaien van stikstofbindende gewassen of vanggewassen. Vorig jaar ging het om bijna 192.000 hectare.

Op zo'n 90 procent van het areaal kozen de boeren voor vanggewassen. Uit de gegevens blijkt dat vooral bladrammenas (36 procent), gele mosterd (22 procent), Engels raaigras (16 procent), Italiaans raaigras (12 procent) of Japanse haver (9 procent) is ingezaaid.

'Doel hiervan is om de bodem gezonder te maken, onder andere door het verhogen van het organischestofgehalte in de bodem en het tegengaan van nutriëntenuitspoeling', legt Van Doorn uit. 'Of dat in de praktijk ook echt het geval is, staat nog te bezien. Daarvoor is de periode waarin de maatregelen zijn toegepast nog te kort.'

Doelen

Aan de doelen waar de inzaai van vanggewassen oorspronkelijk voor is bedoeld, het verruimen van het seminatuurlijke areaal om ruimte te bieden voor biodiversiteit, dragen vanggewassen volgens de onderzoekers niets bij.

Eén of meerdere vergroeningsmaatregelen op een bedrijf wil niet zeggen dat er daadwerkelijk sprake is van verandering in de landbouwpraktijk, stellen de onderzoekers. 'De maatregel gewasdiversificatie voegt vrijwel niets toe aan de gangbare landbouwpraktijk, en de vanggewassen hebben geen direct effect op de biodiversiteit.'

Grasland

Bij de vergroening zijn er ook eisen voor grasland. Blijvend grasland moet zoveel mogelijk in stand gehouden worden, stelt de EU. Voor grasland in Natura 2000-gebieden geldt zelfs een ploeg-, omzet- en scheurverbod. Maar waar er in Nederland in 2000 nog 900.000 hectare blijvend grasland was, is dat nu circa 700.000, concluderen Van Doorn en Smidt.

Toch blijft de daling nog net onder de toegestane 5 procent ten opzichte van het referentiejaar 2012. In 2015 was het aandeel blijvend grasland in Natura 2000-gebieden nog 51.000 hectare. In 2016 was dat gedaald tot 49.000 hectare. 'Vreemd', zegt Van Doorn. 'Want er geldt een ploeg- en omzetverbod. Het areaal zou dus gelijk moeten blijven.'

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    6° / -2°
    85 %
  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
Meer weer