Grondig: beloon alle grondgebonden ruimte

Intensieve(re) melkveehouders krijgen, als het aan het netwerk ligt, rechten op basis van hectares en voor de niet-plaatsingsruimte op dieraantal. De peildatum van 2 juli is daarbij leidend.

Om het fosfaatstelsel niet onnodig gecompliceerd te maken, kan na toedeling worden volstaan met één soort recht.

Rechtvaardig

Het netwerk ziet het stelsel als nuttig voor productiebegrenzing, mits er rechtvaardig wordt toebedeeld. Het kan zich niet vinden in het feit dat de fosfaatproblematiek sectoraal wordt benaderd. Dat doet een aantal melkveehouders te kort.

'Een groot aantal melkveehouders investeerde letterlijk in grond en heeft geen fosfaatoverschot', stelt woordvoerder Diana Saaman.

Duidelijk signaal

Vanuit de overheid, de Nederlandse Zuivel Organisatie, de sector en belangenorganisaties klonk volgens het Saaman al jaren een duidelijk signaal dat grondgebondenheid de stip aan de horizon was.

'Als het aan Grondig ligt, blijft die stip ook zo. Het is ongewenst om alleen fosfaatrechten toe te kennen op basis van het aantal dieren, dat zou grondloze groei belonen.'

Doelstelling

Netwerk Grondig wil juist dat op termijn bijna alle bedrijven enigszins grondgebonden zijn. Doelstelling daarbij is dat alle bedrijven maximaal 20 kilo forfaitair fosfaatoverschot per hectare in 2020 hebben. Dat op basis van de GDI-opgave; eigendom, pacht of grondgebruikersverklaring.

Intensievere bedrijven kunnen hier in vier jaar stapsgewijs naar toe werken. Hiermee ontstaat in de ogen van Grondig een fosfaatrechtenstelsel wat de AMvB grondgebondenheid overbodig maakt. Zo wordt een opeenstapeling van wetten voorkomen.

Schotten weg

Mocht afroming noodzakelijk zijn, dan is Grondig voorstander van het tijdelijk en gereguleerd weghalen van schotten tussen sectoren. Daardoor wordt een deel van de varkenshouderij warm gesaneerd, terwijl de melkveehouderij ruimte wordt geboden.

Verder pleit Grondig, net als LTO, NZO en NAJK, voor het afromen van fosfaatrechten bij de overdracht van rechten.

Differentiatie

Wel zou hierbij volgens Grondig een vorm van differentiatie moeten plaatsvinden. Hoe meer fosfaatoverschot per hectare, des te meer afroming. LTO pleit voor een standaard afromingspercentage van 25 procent bij overdracht.