Ruim de helft van het suikerbietenzaad zit in de grond

Het voorjaar blijft nat verlopen, constateert de bietenverwerker. Ook voor volgende week zijn de vooruitzichten instabiel. Bieten die zijn gezaaid, komen afgelopen periode trager op door lagere temperaturen.

Voor de komende weken blijven de vooruitzichten volgens Cosun instabiel. Op verschillende percelen ziet de bietenverwerker schade door vreterij van onder andere slakken en emelten. Door vreterij is al 170 hectare overgezaaid. Dit is voornamelijk op de noordelijke klei en in Flevoland.

Door de natte maanden is er nog meer slakkenschade te verwachten, denkt Cosun. Dit geldt vooral voor percelen met klei- of lössgrond in combinatie met een grof zaaibed, een groenbemester als voorvrucht of waar een niet-kerende grondbewerking is uitgevoerd. Op deze percelen is het voor slakken namelijk makkelijk zich te verschuilen onder kluiten of gewasresten en is de schade vaak het grootst.

Gemiddelde zaaidatum later

Er wordt dit jaar laat gezaaid. In 2023 was de gemiddelde zaaidatum op 26 april ook al niet vroeg. Ter vergelijking: in 2022 lag de gemiddelde zaaidatum op 1 april, maar het gebeurt ook regelmatig dat de gemiddelde zaaidatum al in maart ligt. Dit was het geval in de jaren 2014 (26 maart), 2012 (27 maart) en 2011 (24 maart).

De regionale verschillen zijn groot. In Flevoland zit 92 procent van de bieten er al in, terwijl in het oosten van Noord-Brabant nog maar 28 procent van de suikerbieten is ingezaaid. Ook Limburg (39,5 procent), Gelderland (37 procent) en het noordelijk zandgebied (44 procent) blijven achter.